
Veelvoorkomende skifouten corrigeren: tips en oefeningen voor alle niveaus!
Ongeacht je niveau, we hebben allemaal onze kleine en grote fouten tijdens het skiën, zelfs als we al jaren op de piste staan en zeker als we autodidact zijn! We hebben een aantal klassieke ski-fouten onder de loep genomen en geven tips en oefeningen om ze te corrigeren.

7 daagse beginner ski vakantie Happy Winter La Plagne - 23 uur les
Vanaf 814,-

7 daagse beginner snowboard vakantie Happy Winter La Plagne - 23 uur les
Vanaf 689,-

7 daagse ski vakantie Happy Winter La Plagne- 12 uur les
Vanaf 689,-

7 daagse snowboard vakantie Happy Winter La Plagne - 12 uur les
Vanaf 739,-
1. Het kantfoutje (faute de carre)
Dit is een van de meest voorkomende fouten bij zowel beginnende als ervaren skiërs, hoewel er verschillende nuances achter dit begrip schuilgaan.
Het fenomeen:
Wanneer je een bocht insteekt, duwt de centrifugaalkracht je naar buiten. Om dit te compenseren, kantel je je lichaam naar binnen.
Het is echter cruciaal om voldoende gewicht op de buitenste ski te houden. Als de verplaatsing te snel of te sterk is, eindig je met al je gewicht naar binnen: de ski “vergrijpt” en je valt!
Skiërs die met zeer smalle benen skiën, hebben hier vaak last van.
Tip om het te vermijden:
Concentreer je op het plaatsen van gewicht op de buitenste ski, die goed gebogen moet zijn. Oefen bochten ook rustig op een zachte helling.
Oefening:
Op een zachte piste (groen of blauw), probeer de binnenste ski gedurende de hele bocht op te tillen: lukt dit, dan heb je goed gewicht op de buitenste ski. Til daarna alleen het achterste deel van de ski op om te werken aan centrering en buiging. Je kunt ook, zoals Popeye suggereert (geen grap!), één ski van je voeten halen op vlak terrein: je zult merken dat draaien makkelijker gaat als de buitenste ski de bocht leidt.
Skilessen met instructeurs helpen al deze kleine fouten snel te corrigeren en sneller vooruitgang te boeken!
Bekijk alle vakanties
2. Positie op de ski
Te ver naar achteren leunen, een beetje “zittend” skiën of de kuiten te ver in de schoenen drukken, is een veelvoorkomende fout bij veel skiërs. Dit zien we bij beginners én gevorderden, in meer of mindere mate.
Het probleem:
Deze fout ontstaat vaak in de beginjaren van het skiën. Door onzekerheid neigen we van nature naar achteren, en dit wordt een automatisme.
Skiën is bovendien een snelheidssport: bij acceleratie verplaatst het gewicht zich naar achteren, wat gecompenseerd moet worden.
Oplossing:
Zorg dat je schoenen goed passen: te grote schoenen verergeren het probleem. Voel altijd de druk van je scheenbeen tegen de tong van de schoen en houd je armen voor je voor een actieve houding.
Oefening:
Probeer een beetje “switch skiing” (achteruit skiën) op een makkelijke helling om het gevoel van centrering en druk op de tong van de schoen te ervaren.
3. Het gebruik van de skistokken
Het bekende probleem van stokken is dat weinig skiërs ze correct gebruiken.
Meest voorkomende gebruik:
Aan het begin focussen veel mensen op andere dingen en gebruiken stokken vooral om zich op vlak terrein af te zetten. Het coördineren van stokgebruik met bochtentiming is lastig, waardoor stokken vaak in de sneeuw blijven liggen of vergeten worden. Dit is een fout: stokken geven extra steun en balans.
Tips voor correct gebruik:
- Draag de polsbandjes (dragonnes) correct! De hand gaat van onder naar boven in de band.
- Het planten van de stok gebeurt vooral met de pols, niet met de hele arm.
- Synchroniseer het stokgebruik goed met de bocht. Bij carving is soms een lichte aanraking van de sneeuw voldoende.
Oefening:
Sta stil en oefen het polsbeweging van het stokplanten, zonder je arm te bewegen. Houd je handen voor je alsof je twee joysticks vasthoudt.
4. Flexie-extensie beweging
Misschien heb je al eens een stijve skiër gezien, een beetje blokkerig, met nauwelijks verticale beweging. Dit gebrek aan beweging is een groot probleem: je wordt een “blok”.
Het probleem:
Veel autodidacten leren alleen hoe ze hun ski’s van links naar rechts draaien, maar vergeten verticale beweging. Verticale beweging is essentieel voor technische progressie: zonder dit kun je geen veelzijdige skiër worden die mogelijks op buckelpistes of poeder kan skiën.
Oplossing:
Ski langzamer en op minder steile hellingen om volledig op flexie en extensie te focussen.
Oefening:
Op lage snelheid, buig enkels, knieën en heupen tegelijk en strek je vervolgens dynamisch om licht te “springen”. Speel met kleine heuveltjes om de beweging te oefenen, niet de snelheid, laat de flexie-extensie de lift doen, niet de helling.
5. Het scheiden van boven- en onderlichaam
Deze skiër ken je misschien: het bovenlichaam altijd recht vooruit, terwijl de benen draaien, als een “Playmobil”.
Het probleem:
Het ontstaat door eerdere ski-ervaringen: tijdens het sneeuwploegen en eerste parallelbochten draaiden we het hele lichaam om de ski’s te sturen. Later blijft dit patroon soms bestaan. Het boven- en onderlichaam blijft in basispositie, ongeacht de bocht.
Oplossing:
Leer boven- en onderlichaam onafhankelijk te bewegen. Kortere bochten vereisen meer dissociatie. Bij een godille (heel korte bochten) draait alleen de benen het bovenlichaam niet, dat blijft richting de ski’s of de piste onder gericht.
Oefening:
Leg de stokken horizontaal op je onderarmen, richt het bovenlichaam naar beneden. Houd een referentiepunt in je lijn van stokken, bijvoorbeeld het begin van de stoeltjeslift. Ski de piste af met bochten terwijl je dit punt in zicht houdt. Of oefen simpelweg links- en rechtsom draaien zonder dat dit de ski-lijn beïnvloedt.
Nogmaals: hoe sneller je gaat, hoe moeilijker het is. Verminder snelheid om je fouten te corrigeren en je techniek te verfijnen!
Bekijk alle vakantiesMeest geboekte vakanties
Dit vind je misschien ook leuk

Ben jij onze volgende reisleider?
Zin in besneeuwde Alpentoppen deze winter?Dan ben jij misschien de reisleider die wij zoeken voor ee...

Snowboarden; tips om veilig progressie te maken!
Altijd al gedroomd van snowboarden, maar nog nooit de stap gezet? Goed nieuws: snowboarden leer je s...